De massa

Onlangs kreeg ik bij vrienden als aperitief een Riesling uit de supermarkt. Ja, ik schrok er ook van. (Maar lees door!) Ik moest denken aan de ophef die laatst ontstond in de Amerikaanse wijnpers omdat journalist en sommelier Bianca Bosker had durven beweren dat wanneer je weinig geld hebt en toch lekkere wijn wilt drinken, je gewoon de wijnen van grote merken moet kopen, zoals Yellow Tail. Dat raakte kennelijk een open zenuw onder wijndrinkers die alleen echte kwaliteit willen drinken en daar veel tijd en geld aan besteden. Mensen die hun wijn bij de Aldi kopen en er nog trots op zijn ook: dat ligt doorgaans niet goed bij de serieuze liefhebber. En openlijk met een bag-in-box over straat lopen – je moet er niet aan denken.

Maar Boskers betoog is interessant. Ze beschrijft hoe moderne goedkope wijn helemaal op de grootste groep consumenten is afgestemd. De wijn wordt van a tot z gemaakt met de smaak van ongetrainde drinkers als uitgangspunt. Grote bedrijven laten hun wijnen voortdurend proeven aan panels van amateurs, en passen de smaak en – heel belangrijk – het mondgevoel op hun bevindingen aan. Dankzij allerlei hulpstoffen, toevoegingen en technieken kán dat ook. Het is een technologische revolutie, aldus Bosker, die ervoor zorgt dat wijn een democratisch product is geworden, net zo toegankelijk als cola.

En daar viel de halve wijngemeenschap over. Merkwijn is eenduidig, oninteressant en onnatuurlijk. Er werden grote woorden gebruikt: natuurwijn zou het laatste bolwerk op de wereld zijn van ‘de vrijdenkende, libertijnse en licht anarchistische politieke cultuur’. Er waren ook verstandige opmerkingen: er ligt nog een heel spectrum tussen (en buiten) politiek geïnspireerde, hoogst individuele natuurwijnen-met-gebruiksaanwijzing enerzijds en massaal geproduceerde, gladde merkwijnen anderzijds. En of het ene moreel gezien beter is dan het andere, dat is nog maar de vraag.

Het is weer de aloude kwestie van de ‘elite’ versus de ‘massa’: de massa moet verheven worden tot de wijnen die de elite graag drinkt. Maar als de massa dan eenmaal massaal natuurwijnen drinkt, heeft de elite – die wel graag de elite wil blijven – allang weer een ander exclusief wijntje gevonden. Misschien wel die lekker ordinaire glijmiddelen uit de supermarkt. Zoet, dik en simpel.

De Riesling die mijn vrienden schonken was fruitig en lekker fris, en gleed dankzij een klein zoetje heel makkelijk naar binnen. De zoutjes smaakten er goed bij. De sfeer was uitstekend en de geuren uit de keuken die de maaltijd aankondigden waren heerlijk. Na dit bescheiden begin konden de serieuze wijnen aan tafel voluit schitteren. Al was deze Riesling misschien geen spotgoedkope, massaal geproduceerde merkwijn, hij was wél gemaakt met het oog op een breed publiek, en hij liet een aspect zien van eenvoudige wijnen dat nogal eens onderbelicht blijft: dat ze soms gewoon precies de wijn zijn die perfect bij het moment past.

(2017)