Spek is zo ongeveer het verraderlijkste stukje vlees dat er bestaat. Veel vegetariërs vallen alleen al door de geur ervan van hun geloof. Het is mij zelf ook overkomen. Jarenlang at ik geen vlees. En geloof me, ik was behoorlijk streng in de leer. De kwellingen van de bio-industrie, daar wilde ik absoluut niet aan meewerken. Het viel me vaak zwaar, want ik hield van vlees en in die tijd (de jaren zeventig en tachtig) had je maar weinig alternatieven voor het lapje vlees of de bal gehakt. Gebakken kaasplakken, tofu, tahoe en tempé (smerig spul, dat laatste), een eitje en champignons; dat was het wel zo’n beetje.
Zo zat ik dus vaak te kauwen op een gelig, vet stuk rubber (de kaasplak) terwijl de heerlijke aroma’s van gebraden vlees of geroosterde kip (kwelling!) rond mij opstegen. Bijna veertien jaar berustte ik in mijn lot. Tot op een dag iemand spek stond te bakken in de keuken naast mijn studentenkamer. Die geur! Ik was niet meer te houden. Ik moest en zou ook spek eten. Ik kocht een pakje bacon bij de supermarkt en zodra het huis leeg was en ik niet betrapt kon worden, bakte ik het spul en schoof het naar binnen. Natuurlijk was het niet zo lekker als ik had gedroomd – net als koffie ruikt spek vaak lekkerder dan het smaakt – maar het hek was wel van de dam. Langzaamaan werd ik weer een vleeseter.*
Vlees, gevogelte, wild, hmm, ja, allemaal lekker. Vis en zeevruchten: laat maar komen. Al vlees en vis en spekjes etend verdween het ei uit mijn zicht. Ik had wel even genoeg eieren gegeten. Tot het verlangen naar zachtgekookte eitjes weer begon te groeien. En ik onlangs opeens een heftig verlangen voelde naar eieren met spek. Een gelukzalige verbintenis van heden en verleden! En waar ik vroeger een gebakken ei alleen bliefte als de dooier helemaal kapot en meegebakken was, wilde ik nu zachte, kleverige, stromende dooiers op mijn bord. Levend nog, als het ware. Fluks de koekenpan ter hand genomen. En wat blijkt? Ik kan het niet! Ik kan geen ei bakken. De dooiers breken, het ei blijft aan de pan plakken, ik laat het te lang in de pan liggen of wil het er te snel uithalen. Ik weet niet of ik ooit een diepere ontgoocheling op kookgebied heb meegemaakt. Maar ik moet het onder ogen zien: eigevoel, nee, dat heb ik niet.
*Alleen maar scharrelvlees, natuurlijk.